6 Als de levensstormen worden

vorige pagina
[1]
Als de levensstormen woeden,
rondom mij op zee of land,
dan zal ik mijn toevlucht zoeken,
in de schaduw van Gods hand.
[chorus]
Hij bedekt mij! Hij bedekt mij!
En geen kwaad komt ooit nabij mij.
Hij bedekt mij! 'k Rust dan veilig,
in de schaduw van Gods Hand.
[2]
Wil Hij soms beproeving zenden,
is het dat ik smart hier lijd?
Niet Zijn gramschap maar Zijn liefde,
toont Hij, als Hij mij kastijdt.
[chorus]
Hij bedekt mij! Hij bedekt mij!
En geen kwaad komt ooit nabij mij.
Hij bedekt mij! 'k Rust dan veilig,
in de schaduw van Gods Hand.
[3]
Hoe de vijand ook moog' zoeken
mij te kwellen in 't gemoed,
God zorgt, dat ook zelfs het kwade
meewerkt, tot mijn eeuwig goed.
[chorus]
Hij bedekt mij! Hij bedekt mij!
En geen kwaad komt ooit nabij mij.
Hij bedekt mij! 'k Rust dan veilig,
in de schaduw van Gods Hand.
[4]
Ja, zolang ik 't kruis hier drage,
door de ruwste storm of wind,
wil de Heiland voor mij zorgen,
Hij beschermt Zijns Vaders kind.
[chorus]
Hij bedekt mij! Hij bedekt mij!
En geen kwaad komt ooit nabij mij.
Hij bedekt mij! 'k Rust dan veilig,
in de schaduw van Gods Hand