172 Hoort het troostwoord, gij, Gods kinderen

vorige pagina
[1]
Hoort het troostwoord, gij, Godskindren,
reizend naar de stad omhoog;
't is Gods woord wie zal 't verhind'ren?
" 'k Zal u leiden met Mijn oog! "
[chorus]
'k Zal u leiden, 'k zal u leiden,
'k Zal u leiden met Mijn oog!
't Is Gods Woord, wie zal 't verhind'ren?
'k Zal u leiden met Mijn oog!
[2]
In beproeving en in lijden,
als de nood klimt hemelhoog;
laat Zijn troostwoord u verblijden:
" 'k Zal u leiden met Mijn oog!"
[chorus]
'k Zal u leiden, 'k zal u leiden,
'k Zal u leiden met Mijn oog!
't Is Gods Woord, wie zal 't verhind'ren?
'k Zal u leiden met Mijn oog!
[3]
Is schier al uw hoop verdwenen
als een wolk of regenboog?
Ziet op Mij, houdt op met wenen.
"'k Zal u leiden met mijn oog!"
[chorus]
'k Zal u leiden, 'k zal u leiden,
'k Zal u leiden met Mijn oog!
't Is Gods Woord, wie zal 't verhind'ren?
'k Zal u leiden met Mijn oog!
[4]
Wordt het donker om u henen,
werpt uw blik dan naar omhoog;
is uw stervensuur verschenen,
"'k Zal u leiden met Mijn oog!"
[chorus]
'k Zal u leiden, 'k zal u leiden,
'k Zal u leiden met Mijn oog!
't Is Gods Woord, wie zal 't verhind'ren?
'k Zal u leiden met Mijn oog