[1]
Heer, ik kom met al mijn noden
voor Uw heilig aangezicht.
'k Vraag U Heer: Wil in mij doden
wat de satan heeft gesticht.
[chorus]
Kom, o Heiland, Heer en Koning,
met Uw heil'ge Pinkstervlam.
Neem mijn harte als Uw woning;
kom, opdat ik leven kan.
[2]
'k Vraag U Heer: wil mij toch helpen
iets voor anderen te zijn
Wil mijn eigen vroomheid stelpen,
U alleen, en 't ik verdwijn'.
[chorus]
Kom, o Heiland, Heer en Koning,
met Uw heil'ge Pinkstervlam.
Neem mijn harte als Uw woning;
kom, opdat ik leven kan.
[3]
Bron van liefd' en hemelvreugde,
dat bent U alleen, o Heer.
Maak mij één der milde deugden,
stel mijn leven tot Uw eer.
[chorus]
Kom, o Heiland, Heer en Koning,
met Uw heil'ge Pinkstervlam.
Neem mijn harte als Uw woning;
kom, opdat ik leven kan |
|