[1]
Zing, heel de hemel
God, de Heer;
zing in de hoogte tot zijn eer.
Loof, engelmacht, gebruik uw stem.
O hemelmacht, verheerlijk Hem!
Loof, lichtend licht, o zon en maan,
straal tot zijn eer, ster in uw baan.
O hoogste hemel, loof de Heer
en stuw de wolken tot zijn eer.
[2]
Op zijn bevel zijn zij ontstaan;
looft daarom God, zijn grote naam.
Hij stelde wet en regelmaat,
zodat de aarde stevig staat.
Zing heel de aarde God, de Heer;
de dieren spreken van zijn eer.
Loof nu uw schepper, creatuur,
zing mee met water, wind en vuur!
[3]
Zing, heel de mensheid
van zijn naam,
van hoog tot laag, bezing zijn faam.
Van jong tot oud, uit elk geslacht,
eer Hem, de allerhoogste macht!
God torent boven wat bestaat.
Hij is uniek in woord en daad,
verleent aan Israël zijn gunst.
Breng Hem de eer met zang en kunst. |
|