658 O Here Jezus, als ik U moest derven

vorige pagina
[1]
O, Here Jezus, als ik U moest derven,
Als ik niet wist, dat Gij voor mij woudt sterven;
Waarheen zou 'k arme, in al mijn ellenden,
Mij dan toch wenden?
[2]
Als ik gebukt ga onder smart en lijden,
Kan van Uw liefde niets mij immer scheiden;
Gij, Gij alleen zult steeds mijn toevlucht wezen,
Niets heb 'k te vrezen.
[3]
'k Was door mijn zonden verre afgeweken,
Toch wou uw liefde tot mijn ziele spreken
Van Uw genade en barmhartigheden,
Gist'ren en heden.
[4]
Gij hebt U zelf het eerst aan mij gebonden,
Ja, 'k heb verlossing in Uw bloed gevonden,
Gij zocht mij teder, nam mij vol erbarmen
In uwe armen.
[5]
'k Laat nu, o Heer, mijn innigst danklied horen,
Gij hebt in liefde eeuwig mij verkoren,
In Uw gemeente mij een plaats gegeven!
Zalig dat leven.
[6]
Blijf, trouwe Heer, aan mij U openbaren,
Zoals 'k tot hiertoe heerlijk mocht ervaren;
Wil tot Uw eer mij meer en meer bekwamen;
Eeuwiglijk, amen.