789 Het is de mens gezet om eens te sterven

vorige pagina
[1]
Het is de mens gezet om eens te sterven,
En daarna 't oordeel, dat hem is bereid.
Wat zal het zijn: het eeuw'ge leven erven,
Of eeuw'ge straf voor u in d' eeuwigheid?
[chorus]
Wat zal uw oordeel zijn? Wat zal uw oordeel zijn?
Wat zal uw oordeel zijn, als gij voor God zult staan?
[2]
Als straks bij 't oordeel opengaan de boeken,
Waarin zal dan uw naam geschreven zijn?
Zal men die in het Boek des Levens zoeken,
Of zal het zijn: Ga weg, in d' eeuw'ge pijn?
[chorus]
Wat zal uw oordeel zijn? Wat zal uw oordeel zijn?
Wat zal uw oordeel zijn, als gij voor God zult staan?
[3]
Hebt g' u nog niet bekeerd van al uw zonden,
Gaf gij nog geen gehoor aan Jezus' stem?
Zocht gij reeds heil in 't Bloed van Jezus' wonden?
Vond uwe ziel reeds rust aan 't hart van Hem?
[chorus]
Wat zal uw oordeel zijn? Wat zal uw oordeel zijn?
Wat zal uw oordeel zijn, als gij voor God zult staan?
[4]
Zoekt gij geluk in 't aardse zondeleven;
Ontsteelt g' uw hart aan hem, Die u zo mint?
Kom, keer terug, wil voor Zijn woord nu beven!
De Vader wacht op Zijn verloren kind!
[chorus]
Wat zal uw oordeel zijn? Wat zal uw oordeel zijn?
Wat zal uw oordeel zijn, als gij voor God zult staan?
[5]
Hoe vaak deed Jezus u Zijn stem reeds horen!
Waarom dan heden weer die stem versmaad?
Hoe zal het zijn: behouden of verloren?
O, stel niet uit! 't Is wellicht straks te laat!
[chorus]
Wat zal uw oordeel zijn? Wat zal uw oordeel zijn?
Wat zal uw oordeel zijn, als gij voor God zult staan