20 Moge de Here u verhoren

vorige pagina
[1]
Moge de Here u verhoren
in tijd van bitt're nood,
de God van Jacob u beschermen
in overmacht zo groot.
Laat Hij uit 't heiligdom u sturen
zijn hulp, zijn hoge macht,
vanuit de Sion u versterken,
ontplooiend heel zijn kracht.
[2]
Laat God uw gaven ruim aanvaarden,
uw offers op het vuur.
Uw wens vervullen en uw plannen
vervullen in dit uur.
Wij willen om uw zege juichen;
tot eer van God de Heer
de vaandels heffen; God zal horen
uw bidden telkens weer.
[3]
Ik weet: de Here redt zijn koning,
geeft antwoord op gebed
vanuit de heil'ge hemelwoning,
God, die bevrijdt en redt.
Gods werk van heil is oppermachtig,
zo doet zijn rechterhand.
Geduchte daden, wonderwerken
brengt God de Heer tot stand.
[4]
Op paarden wil de mens vertrouwen,
op wagens voor de strijd.
Wij zullen roemen in de Here,
voor eens en voor altijd.
Zij vallen, maar wij blijven staande.
Heer, geef uw koningsknecht
de overwinning, hoor ons roepen,
verhoor ons naar uw recht.