203 Lam Gods, dat om de zonde

203

vorige pagina
[1]
Lam Gods, dat om de zonde
zich tot de dood laat wonden,
en sterft aan mensenhaat.
U draagt de last aan daden
van goeden en van kwaden,
en schudt de boom van goed en kwaad.
[2]
Niet U, maar ik moest boeten,
aan handen en aan voeten
gespijkerd aan mijn nood.
Mijn leven moest verdienen
die pijn, de zweep, de striemen,
die eenzaamheid en wrede dood.
[3]
Niet U, maar ik moest sterven,
het loon van schuld verwerven,
mijn plaats was aan het kruis.
Nu mag ik mij verblijden,
uw plaatsvervangend lijden
wijst mij het veilig vaderhuis.
[4]
Lam Gods, U draagt de zonde,
waarmee ik U verwondde,
naar 't altaar van de dood.
God, laat mij samengroeien
met Christus' dood, en bloeien.
Heer, maak mij tot uw kruisgenoot.