[1]
Elke morgen als ik wakker word,
praat ik zachtjes met de Heer.
Al mijn zorgen, hoe de dag ook wordt,
leg ik bij Hem neer,
en Hij draagt mij, Hij draagt mij.
Hij vult mij met kracht,
ja Hij draagt mij
tot diep in de nacht.
[2]
Elke morgen als ik wakker word,
praat ik zachtjes met de Heer.
Al mijn zorgen, hoe de dag ook wordt,
leg ik bij Hem neer,
en Hij vraagt mij, Hij vraagt mij,
te zijn als een knecht,
ja Hij vraagt mij
te doen wat Hij zegt.
[3]
Elke avond als ik slapen ga,
praat ik zachtjes met de Heer.
En dan weet ik dat U bij me bent,
dus leg ik mij neer,
en U draagt mij, U draagt mij,
U vult mij met kracht,
ja U draagt mij
tot diep in de nacht.
|
|