385 Lied 385

Gij die mijn liefste kleinood zijt

vorige pagina
[1]
Gij die mijn liefste kleinood zijt,
Gij allerschoonste kostbaarheid
die voor mijn hart ooit telde,
o dat Gij mijn
geluk wilt zijn,
hoe zal ik 't U vergelden?
[2]
Rijk ben ik in uw liefde en trouw;
o Here Jezus, zie ik bouw
op niets dan uw genade,
en nooit in tijd
of eeuwigheid
wordt mij die schat tot schade.
[3]
Uw woord is waarheid, Gij berooft
mij nooit van wat het heeft beloofd:
uw trouw in dood en leven.
O Heer, omdat
Gij zijt mijn schat,
moet ik mijn hart U geven.
[4]
Nu valt de nacht. O mijn kleinood,
verspreid uw glans nog in de dood,
parel van grote waarde.
Blijf, Jezus, Gij,
het licht voor mij,
nu 't donker wordt op aarde.