[1]
Hosanna, hosanna,
de Koning komt,
in de naam van de God van Israël.
Hosanna, hosanna,
de Koning komt,
in de naam van de God van Israël.
[chorus]
Hosanna, hosanna,
de Koning van Israël.
Hosanna, hosanna,
de Koning van Israël.
[2]
Wees welkom, wees welkom
o Vredevorst
in de naam van de God van Israël.
Wees welkom, wees welkom
o Vredevorst
in de naam van de God van Israël.
[3]
Gij geeft ons het leven en overvloed
in de naam van de God van Israël.
Gij geeft ons het leven en overvloed
in de naam van de God van Israël.
[4]
Gij brengt en verkondigt het jubeljaar)
in de naam van de God van Israël.
Gij brengt en verkondigt het jubeljaar)
in de naam van de God van Israël.
[5]
Gij zendt van de Vader
de heil'ge Geest
in de naam van de God van Israël.
[6]
Gij zendt van de Vader
de heil'ge Geest
in de naam van de God van Israël. |
|