[1]
Ik wil jou van harte dienen
en als Christus voor je zijn.
Bid dat ik genade vind, dat
jij het ook voor mij kunt zijn.
[2]
Wij zijn onderweg als pelgrims,
vinden bij elkaar houvast.
Naast elkaar als broers en zusters,
dragen wij elkanders last.
[3]
Ik zal Christus' licht ontsteken
als het duister jou omvangt.
Ik zal jou van vrede spreken
waar je hart naar heeft verlangd.
[4]
Ik zal blij zijn als jij blij bent,
huilen om jouw droefenis.
Al mijn leeftocht met je delen
tot de reis ten einde is.
[5]
Dan zal het volmaakte komen
als wij zingend voor Hem staan.
Als wij Christus' weg van liefde
en van lijden zijn gegaan. |
|