359 Wie is als God, de hoogste Heer

359

vorige pagina
[1]
Wie is als God, de hoogste Heer?
Wat gaat zijn troon te boven?
Aan Hem komt toe de hoogste eer.
Er rest ons niets dan loven.
Hij zetelt op ons lofgezang
en schept muziek al eeuwen lang,
een beurtgezang van leven.
[2]
Wie is verheven als de Heer?
Wie kan Hem evenaren?
Hij schiep de machten, 't hemelheer,
het leven op de aarde.
Geen mens is creatief als Hij,
want uit het niets kwam iets tot zijn;
het wonder kwam tot leven!
[3]
Wie zorgt zo wonderlijk als Hij?
Wiens liefde kent geen grenzen?
Hij draagt ons allen, u en mij.
Wat meer kunnen wij wensen?
Want in het leven, in de dood
blijkt zijn verlossing wondergroot.
Hij schept door Christus leven!
[4]
U, onze Here God en kracht,
bent waard om te ontvangen
de heerlijkheid, de eer en macht,
U loven onze zangen.
Het groot heelal kwam uit U voort;
de schepping ademt naar uw woord
de hartslag van het leven.