403 Kortstondig zijn wij als het koren

403

vorige pagina
[1]
Kortstondig zijn wij als het koren,
dat neerslaat door natuurgeweld.
Toch mogen wij bij God behoren;
wij worden als zijn oogst vermeld.
[2]
Heer, overweldig met genade
wie op uw steun en sterkte wacht.
Maak onze onmacht door uw daden
tot sterke krachten ongedacht.
[3]
Wij zijn niet meer
dan de geringen,
als mensen nauwelijks in tel.
Maar uw waardering doet ons zingen:
U geeft ons plaats in uw bestel!
[4]
Heer, zou ik U niet
eeuwig zingen
die mij verloste door uw kruis?
Uw vrijheid komt mijn hart omringen,
ik ben op weg naar 't vaderhuis.