Sta op, verlos mij, HEER'.
Gij hebt, o God, weleer
Getoond voor mij te waken,
Mijn haters onderdrukt,
En mij 't gevaar ontrukt;
Gij sloegt hen op de kaken,
Verbrekend onverwacht
Hun tanden door Uw macht;
'k Heb d' overhand verkregen!
Gij, HEER', alleen, Gij zijt
Verwinnaar in den strijd,
En geeft Uw volk den zegen. |
|