1002 Psalm 10:2

Want op zijn wens beroemt zich 't goddloos rot.

vorige pagina
Want op zijn wens beroemt zich 't goddloos rot.
Hij zegent vast den gierigaard, en spreekt,
Tot laster van den allerhoogsten God;
Terwijl 't verwaand den neus omhoge steekt;
En in zijn hart geen onderzoeking kweekt.
Maar koestert deez' onzinnige gedachten :
"Daar is geen God, geen loon, noch straf te wachten".