6904 Psalm 69:4

Mijn broedren ben ik vreemd, door elk onteerd

vorige pagina
Mijn broedren ben ik vreemd, door elk onteerd,
En onbekend den zonen mijner moeder.
'k Vind onder hen noch schutsheer noch behoeder;
Want d' ijver van Uw huis heeft mij verteerd.
Ik draag den schimp, den smaad en overlast
Dergenen, die, alziende God, U smaden;
Ik heb geweend, mijn ziel heeft steeds gevast,
Maar 'k word te meer met smaadheid overladen.