10507 Psalm 105:7

Hij sprak: "Ik zal de schoonste landen

vorige pagina
Hij sprak: "Ik zal de schoonste landen,
'k Zal Kanan leevren in uw handen,
't Welk 't snoer uws erfdeels wezen zal."
Het volk was weinig in getal,
't Verkeerde daar als vreemdeling,
Toen 't zulk een gunstrijk woord ontving.