15 God zij ons genadig

vorige pagina
1. God zij ons genadig en zeeg’ne ons.
Hij doe Zijn aanschijn bij ons lichten
opdat men op aarde
uw weg kenne
onder alle volken Uw heil.

2. Dat de volken U loven, o God, halleluja.
Dat de volken altegader U loven. Halleluja.
Dat de natiën zich verheugen en jubelen,
omdat Gij de volken in rechtmatigheid richt
en de natiën op de aarde leidt,
omdat Gij de volken in rechtmatigheid richt
en de natiën op aarde leidt.

3. Dat de volken U loven, o God,
dat de volken altegader U loven.
De aarde gaf haar gewas.
God, onze God zegent ons; God zegent ons,
opdat alle einden der aarde Hem vrezen.

4. Halleluja. Halleluja. God zij ons genadig en zeeg’ne ons.
Halleluja. Halleluja. God zij ons genadig en zeeg’ne ons.
Hij doe zijn aanschijn bij ons lichten
Hij doe zijn aanschijn bij ons lichten
Glorie halleluja, Glorie halleluja,
Glorie halleluja. Amen.
Glorie halleluja, Glorie halleluja,
Glorie halleluja. Amen.