Gij hulp van wie wordt overmand,
hoe wonderbaar kunt Gij bevrijden!
Hoe zegent Gij die U verbeiden,
die schuilen bij uw rechterhand.
Behoed mij dan, laat mij niet vrezen,
behoed de appel van uw oog;
breid uit uw vleugels van omhoog
en laat mij zo geborgen wezen. |
|