33 God kent mij

vorige pagina
[1]
U kent mij Heer zoals ik ben
al ben ik nog maar klein.
Van alles wat ik zeg of denk
is niets voor U geheim,
is niets voor U geheim.
Want U kent mij
en daarom ben ik blij,
daarom ben ik blij.
[2]
U, Here God bent overal
weglopen kan ik niet.
U ziet vanuit het groot heelal
mijn spel en mijn verdriet,
mijn spel en mijn verdriet.
Want U kent mij
en daarom ben ik blij,
daarom ben ik blij.
[3]
De aarde is Uw koninkrijk.
Zelfs duisternis en licht
gehoorzamen Uw majesteit.
Laat mij ook doen mijn plicht,
laat mij ook doen mijn plicht.
Want U kent mij
en daarom ben ik blij,
daarom ben ik blij.
[4]
Blijf bij mij Heer, bewaar mijn hart;
het kwaad is om mij heen.
Maar als U zelf mijn hand omvat
dan ben ik nooit alleen,
dan ben ik nooit alleen.
Want U kent mij
en daarom ben ik blij,
daarom ben ik blij.
[5]