(19) 'k Ben reizend naar die stad
Woorden overgenomen met toestemming van het Leger des Heils.
[1]
'k Ben reizend naar die stad,
Waar Christus 't licht zal zijn,
Om eeuwig daar te zijn bij Hem,
Bevrijd van zorg en pijn.
[chorus]
Geen smart meer daar omhoog.
Geen smart meer daar omhoog;
God Zelf wist daar de tranen droog,
Geen smart meer daar omhoog.
[2]
Al 't schoon op aarde kleeft
De vloek der zonde aan;
Maar in die reine stad kan nooit,
De zonde binnen gaan.
[chorus]
Geen smart meer daar omhoog.
Geen smart meer daar omhoog;
God Zelf wist daar de tranen droog,
Geen smart meer daar omhoog.
[3]
Daar is geen dood, geen rouw,
Geen leed, geen zielsangst meer;
Maar eeuw'ge blijdschap wacht de ziel
Daar boven bij de Heer.
[chorus]
Geen smart meer daar omhoog.
Geen smart meer daar omhoog;
God Zelf wist daar de tranen droog,
Geen smart meer daar omhoog.
[4]
Daar is de strijd voorbij,
Daar wacht de gloriekroon;
Daar vindt de ware strijder rust,
En God Zelf is zijn loon.
[chorus]
Geen smart meer daar omhoog.
Geen smart meer daar omhoog;
God Zelf wist daar de tranen droog,
Geen smart meer daar omhoog