[1]
Maakt, o zondaars, plaats voor Jezus,
die aan 't kruishout stierf voor U:
Jezus klopt nu aan uw harte,
zondaars, biedt Hem ingang nu.
[chorus]
Plaats voor Jezus, Vredekoning!
Haast u, zondaars, hoort Zijn stem!
Hij zoekt in uw hart een woning.
O, ontsluit dat hart voor Hem!
[2]
Plaats voor zaken en vermaken,
plaats voor wat het vlees bezint;
is er dan geen plaats in 't harte
voor de Heiland Die u mint?
[chorus]
Plaats voor Jezus, Vredekoning!
Haast u, zondaars, hoort Zijn stem!
Hij zoekt in uw hart een woning.
O, ontsluit dat hart voor Hem!
[3]
Hebt gij zelfs geen tijd voor Jezus,
Die nu roept en wachtend staat?
D' aangename tijd is heden,
morgen is 't wellicht te laat!
[chorus]
Plaats voor Jezus, Vredekoning!
Haast u, zondaars, hoort Zijn stem!
Hij zoekt in uw hart een woning.
O, ontsluit dat hart voor Hem!
[4]
Jezus biedt u 't eeuwig leven,
Zondaars, neemt dit heil nu aan;
ziet, Hij klopt steeds aan uw harte,
o, laat Hem niet buiten staan.
[chorus]
Plaats voor Jezus, Vredekoning!
Haast u, zondaars, hoort Zijn stem!
Hij zoekt in uw hart een woning.
O, ontsluit dat hart voor Hem!
[5]
Vliedt, o vliedt dan nu tot Jezus,
maakt nu plaats voor Hem in 't hart.
Eer de tijd niet meer zal wezen,
dan hebt Gij slechts eeuw 'ge smart.
[chorus]
Plaats voor Jezus, Vredekoning!
Haast u, zondaars, hoort Zijn stem!
Hij zoekt in uw hart een woning.
O, ontsluit dat hart voor Hem!
[6]
Geeft uw hart, uw tijd aan Jezus,
voor de dood dat hart versteent;
weet, het oordeel Gods is nader,
nader, zondaars, dan gij meent.
[chorus]
Plaats voor Jezus, Vredekoning!
Haast u, zondaars, hoort Zijn stem!
Hij zoekt in uw hart een woning.
O, ontsluit dat hart voor Hem