[1]
Zwak en moede, arm, ellendig,
roep ik tot Hem:
waar is nu de goede Meester?
'k Hoor reeds Zijn stem.
[chorus]
Als 'k de zoom van Zijn kleed maar aanraak
als 'k de zoom van Zijn kleed maar aanraak,
als 'k de zoom van Zijn kleed maar aanraak,
maakt Hij mij gewis gezond.
[2]
Ziet, hoe allen tot Hem komen,
hoort hoe Hij noodt:
"Wilt nu allen tot Mij komen,
komt, klein en groot."
[chorus]
Als 'k de zoom van Zijn kleed maar aanraak
als 'k de zoom van Zijn kleed maar aanraak,
als 'k de zoom van Zijn kleed maar aanraak,
maakt Hij mij gewis gezond.
[3]
Kranken, kreup'len, blinden, doven,
raakt Jezus aan!
Ziet, hoe allen, die geloven,
leven voortaan.
[chorus]
Als 'k de zoom van Zijn kleed maar aanraak
als 'k de zoom van Zijn kleed maar aanraak,
als 'k de zoom van Zijn kleed maar aanraak,
maakt Hij mij gewis gezond.
[4]
Ook ik mag met mijne zonden
tot Jezus gaan.
Hoe verstrikt en hoe gebonden,
'k roep Hem nu aan.
[chorus]
Als 'k de zoom van Zijn kleed maar aanraak
als 'k de zoom van Zijn kleed maar aanraak,
als 'k de zoom van Zijn kleed maar aanraak,
maakt Hij mij gewis gezond.
[5]
Hij geneest nu aller wonden,
reinigt ook u.
'k Heb in Hem mijn al gevonden,
't is ook voor u.
[chorus]
Als de Heer slechts uw ogen aanraakt,
als de Heer slechts uw oren aanraakt,
als de Here uw hart slechts aanraakt,
maakt Hij u gewis gezond