(405) 't Hoofd omhoog, de Heer zal komen!
[1]
't Hoofd omhoog, de Heer zal komen!
Hij daalt met bazuingeschal.
d' Eng'lenstem wordt dra vernomen:
"Ja, Hij komt, die komen zal!"
Geest en Bruid, zij roepen samen:
"Kom, o Bruidegom en Hoofd!
Schenk vervulling op het Amen,
doe, hetgeen Gij hebt beloofd!"
[2]
Ja, Gij komt! Gij haalt in luister
Uwe Bruid van d' aarde af;
Gij werpt satan in de kluister
en aanvaardt de heerserstaf.
Heerlijk delen wij, o Here,
in Uw grootheid, nooit aanschouwd.
Schitt'rend prijkt Uw macht en ere!
Zalig, die Uw Woord vertrouwt!
[3]
Blijde hoop, met U te leven
in Uw heerlijkheid, o Heer!
Eeuwig Uwe troon t' omgeven,
dáár te zingen tot Uw eer.
Dáár, in Uwe troon gezeten,
aan des vijands macht ontrukt,
is het leed der aard vergeten,
dat Uw pelgrim vaak hier drukt.