(515) Mijn Heiland liet Zijn hemeltroon
[1]
Mijn Heiland liet Zijn hemeltroon,
En daalde neer als 's mensen Zoon
In deze aardse woestenij;
Dat deed Hij uit genâ voor mij.
[chorus]
Genade van God, zo rijk en vrij,
Genâ van God, voor u en mij. (bis)
[2]
Maar 'k was Zijn liefde niet bewust;
Mijn ziele zocht vergeefs naar rust,
Totdat Zijn offer won mijn hart,
En mij de zonde werd tot smart.
[chorus]
Genade van God, zo rijk en vrij,
Genâ van God, voor u en mij. (bis)
[3]
Dra ging ik toen tot Jezus heen,
'k Vond in Hem rust, in Hem alleen;
En is er strijd soms in 't gemoed,
De zege blijft aan Jezus' bloed.
[chorus]
Genade van God, zo rijk en vrij,
Genâ van God, voor u en mij. (bis)
[4]
Ben ik vermoeid, smacht ik naar vreê,
De Heiland deelt die rijk'lijk meê.
En wijl 'k reeds hemelvreugd geniet,
Heb 'k nog een hemel in 't verschiet.
[chorus]
Genade van God, zo rijk en vrij,
Genâ van God, voor u en mij. (bis