(654) Verblijdt u in Jezus, uw Heer
[1]
Verblijdt U in Jezus, Uw Heer,
Gij allen oprechten van hart;
Zingt vrolijk Uw Heiland ter eer,
die wegnam Uw droefheid en smart.
[chorus]
Verheugd! verheugd!
Weest blij in de Heer en verheugd!
Verheugd! verheugd
Weest blij in de Heer en verheugd!
[2]
Verblijdt u, want Hij is de Heer.
De Koning, die hemel en aard
Door 't woord Zijner al macht regeert.
Die zondaars verlost en bewaart.
[chorus]
Verheugd! verheugd!
Weest blij in de Heer en verheugd!
Verheugd! verheugd
Weest blij in de Heer en verheugd!
[3]
Houdt moed in de geest'lijke strijd,
hoe groot ook des satans geweld;
Door 't leger van God, steeds bereid,
wordt iedere vijand geveld.
[chorus]
Verheugd! verheugd!
Weest blij in de Heer en verheugd!
Verheugd! verheugd
Weest blij in de Heer en verheugd!
[4]
Verblijdt U in Jezus, Uw Heer,
Hem zij onze lofzang gewijd;
Laat schallen het lied tot Zijn eer;
Roemt Zijne genĂ¢ t' allen tijd.
[chorus]
Verheugd! verheugd!
Weest blij in de Heer en verheugd!
Verheugd! verheugd
Weest blij in de Heer en verheugd