[1]
Er was Een,
die gewillig Zijn leven eens gaf,
't Was Gods Zoon,
die hier neerdaald' op aard,
die Zich kruisigen liet,
daalde neer in het graf,
voor de mens,
die genade onwaard.
[chorus]
Ja, genageld aan 't kruis,
ja, genageld aan 't kruis.
Heeft de Heiland gedragen mijn schuld,
en het bloed uit Zijn zij
spreekt van zonde mij vrij,
Hij heeft d' eis van Gods wet gans vervuld.
[2]
O, hoe liefd'rijk,
barmhartig en teder heeft Hij
Gans gereinigd mijn zondig gemoed,
en nu treft mij geen oordeel: ik weet,
'k ben nu vrij, en mijn schuld
is verzoend door Zijn bloed.
[chorus]
Ja, genageld aan 't kruis,
ja, genageld aan 't kruis.
Heeft de Heiland gedragen mijn schuld,
en het bloed uit Zijn zij
spreekt van zonde mij vrij,
Hij heeft d' eis van Gods wet gans vervuld.
[3]
Als de satan mij wijst
op mijn schuld zeg ik: "Ja,
maar, 't is alles genageld aan 't kruis.
'k Zie niet meer op mijn zonden,
'k volg Jezus slechts na,
die m' een plaats schonk
in 't Vaderlijk Huis.
[chorus]
Ja, genageld aan 't kruis,
ja, genageld aan 't kruis.
Heeft de Heiland gedragen mijn schuld,
en het bloed uit Zijn zij
spreekt van zonde mij vrij,
Hij heeft d' eis van Gods wet gans vervuld.
[4]
Ben ik zwak, Hij is sterk,
als ik blijf slechts in Hem,
maakt tot dienen Hij daag'lijks bekwaam.
Met een lied in het hart
en een lied met de stem,
leef ik blij en tot eer van Zijn naam.
[chorus]
Ja, genageld aan 't kruis,
ja, genageld aan 't kruis.
Heeft de Heiland gedragen mijn schuld,
en het bloed uit Zijn zij
spreekt van zonde mij vrij,
Hij heeft d' eis van Gods wet gans vervuld