(941) Kom, Herders, het uur is gekomen
[1]
Kom, herders, het uur is gekomen,
kom, hoeders, sta op uit uw wacht.
Het licht dezer wereld zal stromen,
de nacht heeft u vrede gebracht.
[chorus]
De Christus, Gods Zoon, is geboren,
in Bethlehem vindt ge zijn stal.
De engelen zingen in koren,
dat vrede rondom wezen zal.
[2]
Aanschouw, hoe een ster staat te stralen
ver boven het veld Efratha.
Kom, herders, waarom zoudt ge dralen;
vreest niet, want de vreugd is weldra.
[3]
De herders verlieten de velden,
zij volgden de sterrenrobijn.
Zij vonden het Kind en vertelden
dat Christus de blijdschap zal zijn.