[1]
De voetstap des Konings, men hoort zijn geluid
in 't oorlogsrumoer van de volken.
De tronen der wereld, zij worden zijn buit,
als Jezus straks komt op de wolken.
[2]
De voetstap des Konings, verneemt gij hem niet
in allerlei teek'nen der tijden?
De wereld, zij siddert bij 't droevig
verschiet;
doch die Hem verwachten, zijn blijde.
[3]
De voetstap des Konings brengt Isr'el naar 't land,
dat thans weer als nieuw wordt herboren.
God mint alle volken; daarom heeft Zijn hand
't volk Isr'el als werktuig verkoren.
[4]
De voetstap des Konings spreekt luid tot Gods kerk:
"Ontwaak, 't is geen tijd meer tot
dromen.
Ga heen in Mijn wijngaard en werk daar Mijn werk,
doe handeling, totdat Ik kome."
[5]
De voetstap des Konings vraagt
ernstig gehoor;
Hij noopt ons tot waken en bidden.
Gemeente van Christus, bereid u toch voor,
want weldra staat Hij in uw midden.
[6]
De voetstap des Konings dringt door tot het graf;
d' in Christus gestorv'nen verrijzen,
dan valt ook het reiskleed de levenden af,
in eenheid zal alles Hem prijzen.
[7]
De voetstap des Konings, trilt hij in uw ziel?
Verwacht gij de dag Zijner Kroning?
Zo niet, buig nog heden uw harte en kniel
voor Jezus, Uw Redder en Koning.