Vorige pagina

[1]
Wij willen God de ere geven
en maken zijn genade groot;
want wij zijn voor de zonde dood
en wat God zelf heeft afgeschreven
zal niet herleven.
[2]
Wij zijn met onze Heer verbonden
en door de doop Hem toegewijd.
Wij gingen midden in de tijd
in Christus dood voor onze zonde
geheel te gronde.
[3]
De mensheid der verloren tijden
deed Christus sterven aan zijn kruis,
opdat Hij uit het slavenhuis,
als nieuwe mensen, zijn bevrijden
zou uitgeleiden.
[4]
Al onze boosheid en ellende
ging met de Heer ter rust in 't graf.
Wij zijn ontslagen van de straf
en God wil zich weer tot ons wenden
als zijn gekenden.
[5]
Zoals de Christus is verrezen
door 's Vaders heerlijke overmacht,
zo zijn ook wij aan 't licht gebracht
om nieuw te leven, zonder vrezen,
nu en na dezen.

[1] We want to give God the glory and honor his mercy; because we are dead to sin and what God has devalued will not revive. [2] We are connected with our Lord and committed to him through baptism. We went down in destruction but in Christ, we are dead to our sin. [3] The humanity of the lost time let Christ die on the cross so that He from the house of bondage, like new people, his liberating would lead. [4] Our anger and misery went to rest with the Lord in the grave. We are set free of our punishment and God will again turn to us like his known people. [5] Like Christ is risen by the Father's wonderful power so are we brought to light to live anew, without fear, now and hereafter.