[1]
Midden in de dood
zijn wij in het leven,
want Een breekt het brood
om met ons te leven
midden in de dood.
[2]
Dood is in ons bloed,
dood voor onze ogen,
maar Hij geeft ons moed,
dat wij leven mogen
met de dood in 't bloed.
[3]
Dat wij uit de dood
opstaan om te leven,
etend van het brood
dat Hij heeft gegeven
midden in de dood.
[4]
Lamp voor onze voet,
licht voor onze ogen,
geef ons levensmoed
met de dood voor ogen,
met de dood in 't bloed.
[5]
Jezus, uit de dood
opgestaan tot leven,
wees voor ons het brood,
dat wij in U leven
midden in de dood.
[6]
Wees voor ons de wijn,
dat wij van U drinken.
Wees voor ons de pijn,
dat wij in U zinken,
dat wij in U zijn.