[1]
God, U bent groot
in al wat U deed:
in heel uw schepping, zo wonderschoon,
maar 't allermeest in die Ene Mens:
Jezus de Christus, uw eigen zoon.
[chorus]
God, U bent groot, zo anders dan wij,
God, U bent goed, dat maakt ons zo blij.
Heer, U bent schepper, vader en vriend.
U bent het waard te worden gediend.
[2]
God U bent groot
in al wat u doet,
groot in uw trouw en in uw geduld.
En door uw Geest wordt leven gewekt,
leven in liefde, vrij van de schuld.
[chorus]
God, U bent groot, zo anders dan wij,
God, U bent goed, dat maakt ons zo blij.
Heer, U bent schepper, vader en vriend.
U bent het waard te worden gediend.
[3]
God u bent groot
in wat U gaat doen,
uw rijk zal komen, eens en voorgoed.
Herboren zal dan uw schepping zijn
en ons gebed is: "Heer kom met spoed".
[chorus]
God, U bent groot, zo anders dan wij,
God, U bent goed, dat maakt ons zo blij.
Heer, U bent schepper, vader en vriend.
U bent het waard te worden gediend