[1]
a.
Jezus klopt, klopt, klopt
aan de deur van je hart
open de deur voor Hem!
[2]
Jezus roept, roept, roept:
mag Ik binnen bij jou?
Geef Mij je hele hart!
[3]
b.
'k Heb Jezus nodig, heel mijn leven.
'k Heb Jezus nodig, dag aan dag.
In m'n handel, in m'n wandel,
in m'n slapen en ontwaken,
'k heb Hem nodig, dag aan dag.
'k Wil Jezus volgen, heel mijn leven.
'k Wil Jezus volgen, dag aan dag.
In m'n handel, in m'n wandel,
in m'n slapen en ontwaken,
'k wil Hem volgen, dag aan dag.
[4]
c.
Jezus houdt van alle kinderen,
alle kinderen overal.
Blank of zwart, ja, iedereen,
o, zo kostbaar, één voor één.
Jezus houdt van alle kinderen overal.
[5]