[1]
Bouw op God,
verwacht zijn zegen,
bouw op God in elke nood:
altijd kan Hij uitkomst geven,
redding van een wisse dood.
[chorus]
Bouw op Hem die wonden heelt,
alle goeds ons toebedeelt,
ons door lief en leed bereidt
voor de vreugd' in eeuwigheid.
[2]
God zal nimmer hem begeven,
die op zijn belofte bouwt,
en zich in de naam van Jezus,
helemaal Hem toevertrouwt.
[chorus]
Bouw op Hem die wonden heelt,
alle goeds ons toebedeelt,
ons door lief en leed bereidt
voor de vreugd' in eeuwigheid.
[3]
Aardse vriendschapsbanden breken,
deze wereld gaat voorbij;
Gods genĂ¢ alleen is duurzaam,
staat voor altijd ons terzij.
[chorus]
Bouw op Hem die wonden heelt,
alle goeds ons toebedeelt,
ons door lief en leed bereidt
voor de vreugd' in eeuwigheid.
[4]
Bouw op God: de rots voor eeuwig
biedt uw voet een vaste grond;
bouw op God en u hebt vrede,
levend uit een nieuw verbond.
[chorus]
Bouw op Hem die wonden heelt,
alle goeds ons toebedeelt,
ons door lief en leed bereidt
voor de vreugd' in eeuwigheid