[1]
Alles op de aarde,
alles in de zee,
alles in de lucht
getuigt met mij mee,
dat God de allergrootste Koning is.
Vraag het aan een olifant,
vraag het aan een vis.
[2]
Alles op de aarde, alles in de zee,
alles in de lucht getuigt met mij mee,
dat God zijn liefde
aan de hele schepping geeft.
Vraag het aan een kolibrie,
vraag het aan een kreeft.
[3]
Alles op de aarde, alles in de zee,
alles in de lucht getuigt met mij mee,
dat God alléén
dit mooie werk heeft gedaan.
Vraag het aan een ooievaar,
vraag het aan een zwaan.
[4]
Alles op de aarde, alles in de zee,
alles in de lucht getuigt met mij mee,
dat God de macht heeft
en de majesteit.
Vraag het aan een duizendpoot,
vraag het aan een geit.
[5]
De vogels in de lucht
en de vissen in de zee,
de dieren op de aarde
getuigen met mij mee.
God is onze Schepper
en zijn kinderen zijn wij.
Hij is groot, groot, groot, groot?
vraag het maar aan mij!