(268) Ik wil vandaag alleen maar zingen
[1]
Ik sta op, de dag begint,
ik schud mijn benen los.
Haal mijn handen door m'n haar,
ja ik ga totaal los.

Ik kijk eens in de spiegel
en geef mezelf een compliment.
God heeft mij gemaakt,
ik ben blij dat Hij mij kent.
[2]
Ik wil vandaag alleen maar zingen,
ik ben ontzettend blij.
De reden is eenvoudig,
God zorgt altijd voor mij.

Ik wil dansen, ik wil zwaaien,
ik wil stampen op de grond.
En aan het einde van dit liedje
draai ik één keer in het rond.
[3]
Ik sta op, de dag begint,
ik strek mijn armen uit.
Mijn moeder roept: 'Nu even niet!!'
als ik een liedje fluit.

Op mijn bruine boterham
strooi ik een berg hagelslag.
Extra jam er boven op,
een goed begin van deze dag.
[4]
Ik wil vandaag alleen maar zingen,
ik ben ontzettend blij.
De reden is eenvoudig,
God zorgt altijd voor mij.

Ik wil dansen, ik wil zwaaien,
ik wil stampen op de grond.
En aan het einde van dit liedje
draai ik twee keer in het rond.
[5]
Ik wil vandaag alleen maar zingen,
ik ben ontzettend blij.
De reden is eenvoudig,
God zorgt altijd voor mij.
Ik wil dansen, ik wil zwaaien,
ik wil stampen op de grond.

En aan het einde van dit liedje
draai ik een keer,
aan het einde van dit liedje
draai ik twee keer,
nee, aan het einde van dit liedje
draai ik drie keer in het rond.