[1]
De dageraad met rode glans
verlicht de hoge hemeltrans.
De wereld zingt een vreugdezang,
de hel beweent haar ondergang.
[2]
Want Christus, d' allersterkste held,
heeft nu de macht des doods geveld,
de hel verwonnen voor altijd,
d' onzaal'gen van hun boei bevrijd.
[3]
Die men door steen besloten dacht,
bewaakt door der soldaten wacht,
verrijst in glorie, machtig, groot,
als overwinnaar uit de dood.
[4]
Nu wijkt de klacht, 't verdriet zo fel,
nu vluchten vrees en angst der hel.
Een stralend' engel kondigt aan:
"De Heer is waarlijk opgestaan!"