[1]
Maak een vrolijk geluid voor de Heer,
of je thuis bent of buiten op straat.
Maak een vrolijk geluid voor de Heer,
met de bel van je fiets op de maat.
Want een vrolijk geluid maakt Hem blij.
Doe je mee, want ook jou hoort erbij.
Zing en fluit, roep het uit,
maak een vrolijk geluid voor Heer.
[2]
Maak een vrolijk geluid voor de Heer,
of je bruin bent of sproetig of blond.
Maak een vrolijk geluid voor de Heer,
met je hand of je voet of je mond.
Want een vrolijk geluid maakt Hem blij.
Ben je ziek of gezond, kom erbij.
Ook je stem, is van Hem,
maak een vrolijk geluid voor de Heer.
[3]
Maak een vrolijk geluid voor de Heer,
of je thuis bent of buiten op straat.
Maak een vrolijk geluid voor de Heer,
met de bel van je fiets op de maat.
Want een vrolijk geluid maakt je blij.
dat Hij jubelt met jou en met mij!
Zing het uit, roep het uit,
maak een vrolijk geluid voor de Heer,
maak een vrolijk geluid voor de Heer.