[1]
Heer, U bent mijn eeuwig erfdeel,
meer dan 't leven bent U mij;
blijf mij als een trouwe leidsman
op de pelgrimsreis nabij.
[2]
Mij nabij, dicht nabij;
mij nabij, dicht nabij;
blijf mij als een trouwe leidsman
op de pelgrimsreis nabij.
[3]
'k Bid U niet om roem of rijkdom;
al het aardse gaat voorbij.
'k Ga mijn pad, hoe steil en moeilijk,
vrolijk, als U blijft bij mij.
[4]
Blijf bij mij, dicht bij mij;
blijf bij mij, dicht bij mij;
'k ga mijn pad, hoe steil en moeilijk,
vrolijk, als U blijft bij mij.
[5]
Heiland, draag mij door de golven,
dwars door storm en noodgetij;
zie, de poort van 't eeuwig leven,
is reeds open ook voor mij.
[6]
Ook voor mij, ja, voor mij;
ook voor mij, ja voor mij;
zie, de poort van 't eeuwig leven,
is reeds open ook voor mij.