(7703) Psalm 77:3
Slaap weerhieldt Gij van mijn ogen
Slaap weerhieldt Gij van mijn ogen,
'k Was verslagen, neergebogen,
En, verstomd door al 't verdriet,
Wars van mensen, sprak ik niet.
'k Overdacht al d' oude dagen;
Jaren, eeuwen, gunsten, plagen,
En wat immer aan mijn ziel
Van Gods hand te beurte viel.