Refrein:
Bewaar mij, o God,
mijn Beschermer, mijn Heer,
bij U wil ik schuilen.
1. Mijn enige goed is de HEER!
En vrienden vind ik in zijn huis:
zijn heil’gen met wie ik verkeer
- daar ben ik gezegend en thuis. Refrein
2. Verwacht het van afgoden niet
- hun eredienst vier ik niet mee.
Het brengt je slechts eenzaam verdriet:
Je naam telt in Israël niet mee. Refrein
3. U bent, HEER, al wat ik bezit:
mijn voorland, mijn beker vol wijn.
Wat is zo bekoorlijk als dit:
U zult er altijd voor mij zijn! Refrein
4. Ik prijs als mijn Raadsman de HEER.
Mijn binnenste leert mij bij nacht.
Mijn oog blijft gericht op de HEER;
ik blijf overeind door zijn kracht. Refrein
5. Van blijdschap juich ik het nu uit:
U zorgt nog voor mij als ik sterf!
Uw vriend komt de groeve weer uit
- zijn lichaam ontrijst het verderf! Refrein
6. De weg die ten leven mij leidt
wijst U; van uw stralend gelaat
stroomt eeuwig uw liefelijkheid...
uw vreugde, die gaat waar U gaat! Refrein 2x