1
God lof! Wij zijn genodigd tot
het vieren van een feest,
bemoedigd door de groet van God,
geroepen door de Geest.
2
Wie oren heeft, die hore wat
God zijn gemeente zegt,
hoe Hij de Schrift ons als een schat
ontsluit en openlegt.
3
En wie dat Woord vernomen heeft
en ziet wat is geschied
die zingt, zolang hij leven heeft
het allerhoogste lied
4
van de gezalfde Zoon van God,
die droeg der wereld schuld -
geen wet is er en geen gebod
dat Hij niet heeft vervuld!
5
Wie zou dan niet God loven waar
Hijzelf zijn volk ontmoet,
voortdurend bidden met elkaar
om licht dat leven doet?
6
Dan geven wij met gulle hand
een offer voor de Heer;
wie arm is, die beƫrft het land,
de minste, die krijgt meer!
7
God lof! Wij zijn genodigd tot
het eeuwig bruiloftsfeest -
gezegend is wie zo bij God
als kind is thuis geweest!