1. De HEER is koning tot in eeuwigheid.
Hij is bekleed met macht en majesteit.
De aarde wankelt niet, U zet haar vast.
Van oudsher staat uw troon onaangetast.
2. De golven slaan, de golven gaan tekeer;
de golven storten hevig bruisend neer.
Al kolkt en raast het water nog zo luid,
de HEER troont machtig boven alles uit.
3. Al uw bevelen blijven eeuwig waar.
Wat U bepaalde, staat onwankelbaar.
Uw woning is gesierd met heiligheid.
Uw tempel, HEER, zal stralen voor altijd